Welke voorzieningen kunnen wanneer het beste worden toegepast?
De definitie van..
De definitie van kort- of langdurende werkzaamheden zit hem, zoals u wellicht al dacht, in de totale tijdsduur van het uit te voeren werk. Echter kan dit per toepassingsgebied wel enigszins verschillen. Op het gebied van werken op hoogte zijn er geen exacte tijden bekend welke aangeven of het om kort of lang werk gaat, maar wordt er gekeken naar de aard van het werk en hoeveel tijd deze in beslag neemt. Er zit dus, logischerwijs, een verschil in de te gebruiken veiligheidsvoorzieningen bij het uitvoeren van bijvoorbeeld (reparatie)werkzaamheden op een dak of bij het schilderen van raamkozijnen in een huis, tuin en keuken-situatie.
Voor de beeldvorming, onder kortdurende werkzaamheden vallen dingen als:
- (Dak)inspecties en opnames;
- Periodiek onderhoud zoals schoonmaakwerkzaamheden;
- Regulier onderhoud en kleine reparatiewerkzaamheden;
- En het plaatsen en verwijderen van collectieve voorzieningen zoals tijdelijk hekwerk.
Wanneer de werkzaamheden van kortdurende aard zijn is het treffen van individuele voorzieningen, zoals het gebruik van Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM) en/of mobiele valbeveiliging, volgens de wetgeving voldoende. Omdat dit type werkzaamheden vaak van terugkerende aard zijn, dient er wel een vermelding gemaakt te worden in de vooraf opgestelde Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E) of het eventueel beschikbare Veiligheids- & Gezondheidsplan (V&G-plan).
Werkzaamheden welke buiten deze scope vallen, en dus als langdurig worden aangemerkt, dienen uitgevoerd te worden met behulp van collectieve veiligheidsvoorzieningen* zoals steigers, veiligheidsnetten en/of tijdelijk hekwerk.
* Als het risico niet direct bij de bron (in dit geval het valgevaar) weg te nemen is kijkt men naar een collectieve voorziening. Een vorm van valbeveiliging welke voor iedereen gelijk is en die voorkomt dat er gevaar is voor de veiligheid of gezondheid van de aanwezige personen.
Om een duidelijk beeld te kunnen geven van de toepasbare veiligheidsvoorzieningen hebben wij de werkzaamheden opgesplitst in twee groepen: werken op hoogte, zoals bijvoorbeeld een dak, en werken langs een gevel, zoals bijvoorbeeld het werken op een ladder of steiger.
Werkzaamheden op hoogte
Er zijn verschillende voorbeelden te noemen van werkzaamheden die op hoogte zouden kunnen worden uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld diverse mogelijkheden van werken op een plat dak**.
Iedere werksituatie brengt zijn eigen risico’s met zich mee, ieder gebouw (en dak) is tevens anders. Er zijn dan ook verschillende manieren van beveiligen te bedenken – het beschermen van personen tegen potentieel valgevaar.
** Men spreekt over een plat dak wanneer de hellingsgraad van het dak maximaal 15 graden is ten opzichte van het horizontale vlak. Boven deze grens wordt er gesproken over een hellend dak en zijn andere voorzieningen nodig om valgevaar te bestrijden.
Collectieve bescherming
De meest voorkomende manier van een collectieve veiligheidsvoorziening op een dak is het plaatsen van een tijdelijk hekwerk , ook wel tijdelijke dakrandbeveiliging genoemd. Dit type randbeveiliging is eenvoudig te monteren en te demonteren zonder dat het schade aan het dak of de constructie toebrengt. Collectieve dakrandbeveiliging, zoals een tijdelijk hekwerk, leent zich goed voor situaties waar meerdere personen tegelijkertijd op het dak aanwezig zullen zijn. Tijdelijk hekwerk wordt veel toegepast in de bouw, maar is ook uitermate geschikt wanneer er uitgebreidere werkzaamheden plaatsvinden op bestaande gebouwen. Denk bijvoorbeeld aan de plaatsing van zonnepanelen of het vervangen van de dakbedekking (dakrenovatie).
Individuele bescherming
Als collectief beveiligen om wat voor reden dan ook geen optie is zal er naar een individuele maatregel gekeken moeten worden. Bijvoorbeeld de toepassing van persoonlijke (mobiele) valbeveiliging.
Als het werken met individuele voorzieningen is toegestaan zal dit onder een aantal voorwaarden moeten gebeuren. Deze voorwaarden moeten zijn opgenomen in een vastgestelde veiligheidsprocedure (tevens onderdeel van de RI&E). Hierin moet zijn aangegeven wánneer en op welke wijze er gewerkt dient te worden, bij voorkeur volgens de methode van positionering.
Positionering, ook wel gebiedsbegrenzing genoemd, is een vorm van individuele bescherming – hiermee wordt bedoeld dat de medewerker door middel van een harnasgordel is verbonden met een op het dak aangebracht verankeringspunt. Dit kan zowel een permanent als tijdelijk (mobiel) ankerpunt zijn. Bij gebiedsbegrenzing is het zaak dat er gewerkt wordt met een vaste of verstelbare veiligheidslijn waarbij de totale lengte is afgesteld op de afstand tussen het ankerpunt en de rand van het dak. De gebruiker kan zichzelf onder geen enkel beding over de rand verplaatsen en zo in de gelegenheid tot vallen komen.
Een vaste vanglijn (met valdemper)
Een verstelbare vanglijn met valstopapparaat
Om de procedures van veilig werken op een plat dak in kaart te brengen hebben wij een flowchart opgesteld. Hiermee kunt u door het beantwoorden van een aantal simpele vragen eenvoudig zien welke voorzieningen er toegestaan zijn om toe te passen. Deze flow-chart kunt u, geheel vrijblijvend, onderaan dit blog downloaden.
Werkzaamheden langs een gevel
Voor het werken langs of aan een gevel is de wetgeving iets anders gesteld. Hierbij wordt er wel degelijk gekeken naar de arbeidsduur van een uit te voeren taak en aan de hand hiervan dient er gekeken te worden naar een passende voorziening. Voor dit soort werkzaamheden zijn er twee veel voorkomende arbeidsmiddelen: een mobiele ladder of een (rol)steiger.
Wanneer er twijfel is ontstaan over welke van deze twee middelen toegepast dient te worden geeft de Arbowet als uitgangspunt dat een mobiele ladder niet is toegestaan als werkplek, wanneer een ander, veiliger arbeidsmiddel zoals een (rol)steiger of hoogwerker kan worden ingezet.
Als de locatie van de werkzaamheden niet geschikt is voor een steiger of hoogwerker, kan door de uitvoerder/gebruiker besloten worden om een ladder te gebruiken.
Bepaling op basis van arbeidsduur
Als de situatie zich voordoet en gekozen moet worden voor een geschikt arbeidsmiddel kan het Arbobesluit – onderdeel van de Arbowetgeving – er op nageslagen worden. De belangrijkste richtlijnen vindt u in de stukken Arbobesluit 3.16 en Arbobesluit 7.23a. Hierin staat de informatie over het werken op hoogte en het gebruik van arbeidsmiddelen zoals ladders.
Zoals aangegeven is de keuze van arbeidsmiddelen in deze gevallen afhankelijk van de arbeidsduur van het beoogde werk. De keuze voor een mobiele ladder is voor velen dan ook erg voor de hand liggend.
Voor het werken met ladders zijn er duidelijke richtlijnen opgesteld:
- Wanneer de statijd per project*** minder dan 2 uur bedraagt is een ladder toegestaan als arbeidsmiddel.
- Wanneer de statijd per project tussen de 2 en 4 uur bedraagt is een ladder toegestaan mits er overleg heeft plaatsgevonden tussen de werknemer en werkgever.
- Wanneer de statijd per project langer dan 4 uur bedraagt is het werken met een ladder niet langer toegestaan en zal er een ander arbeidsmiddel gezocht moeten worden. Een rolsteiger biedt in veel gevallen een goede uitkomst.
- Wanneer de statijd per persoon**** langer dan 1 aaneensluitend uur is, is het werken met een ladder niet toegestaan. Ook dan zal er een ander arbeidsmiddel ingezet moeten worden.
*** De statijd per project is gebaseerd op de totale tijd (een optelsom) die er op een ladder gewerkt moet worden.
**** De statijd per persoon is de tijd welke nodig is om (op de ladder) de werkzaamheden af te ronden.
Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E)
Om veilig werken op hoogte mogelijk te maken is meer nodig dan alleen valbeveiliging installeren. Dit vereist zorgvuldige voorbereiding en nauwkeurige maatregelen. Bij AllRisk vormt een betrouwbaar Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E) plan de basis voor elk advies en iedere projectuitvoering. Meer weten over RI&E en een gratis RI&E-checklist downloaden? Lees hier verder.